Het financiële beleid van de provincie moet gericht zijn op duurzame investeringen in de Brabantse samenleving. We gaan op zoek naar fondsen om dat te realiseren, onder meer vanuit landelijke en Europese programma’s die bijdragen aan een gezond, duurzaam, groen en gelukkig Brabant.
Financieel kan de provincie het in de toekomst moeilijk krijgen. Dit heeft te maken met een lage rente en verminderde opbrengsten en inkomsten. Bovendien lopen de opbrengsten vanuit de motorrijtuigenbelasting terug, doordat we (gelukkig!) steeds meer elektrisch gaan rijden en we naar ‘betalen naar gebruik’ gaan. Daarnaast zijn er onzekerheden over de oplopende inflatie en de financiering vanuit het Rijk van de provinciale taken. Mogelijk gaan de provinciale financiën de komende jaren flink op de schop, evenals de mogelijkheden voor de provincie om belasting te heffen. Genoeg redenen dus om hier scherp op te blijven: welke keuzes rondom de financiën pakken eerlijk en gezond uit voor de Brabanders, en welke niet?
Blijven investeren
De kwaliteit en maatschappelijke effecten van ons beleid verminderen als we minder investeren. Dit heeft namelijk tot gevolg dat organisaties die afhankelijk zijn van provinciale bijdragen (denk aan de sectoren kunst, cultuur, erfgoed, maatschappelijke ontwikkeling en natuur) moeten snijden in personeel en arbeidsvoorwaarden en moeten blijven bezuinigen op hun activiteiten. Dat willen we niet.
Verschuiven van middelen
In ons verkiezingsprogramma kiezen we daarom niet voor bezuinigen, maar voor het verschuiven van middelen. We investeren in een groen, gezond en gelukkig Brabant. Er gaat minder geld naar het aanleggen van nieuwe wegen en niet-duurzame economie en meer naar het realiseren van gezonde landbouw, natuurontwikkeling, schone lucht, water en bodem, sociale energietransitie, cultuur en schoon en slim vervoer.
Wij hanteren de volgende uitgangspunten voor het financiële beleid van de provincie:
- De (meerjaren)begroting moet sluitend zijn.
- Nieuw beleid kan alleen worden bekostigd door bestaand beleid te stoppen (nieuw voor oud), of nieuwe structurele inkomsten.
- Knaken voor taken: bij nieuwe taken horen extra middelen. Voor taken die zijn gedecentraliseerd zonder (afdoende) middelen komt een correctie.
- Structureel beleid moet uit structurele inkomsten worden gefinancierd.
- We indexeren altijd de uitgaven, zodat de kwaliteit op peil blijft.
- Er moet ruimte zijn voor experimenten met behulp van incidentele middelen.
- De motorrijtuigenbelasting wordt jaarlijks geïndexeerd.
- GroenLinks is voorstander van het belasten van auto- en vrachtwagengebruik (kilometerheffing) en dringt bij het Rijk aan op snelle invoering.
- Het provinciale opcenten-percentage wordt eenmalig verhoogd, aangezien Brabant in verhouding tot andere provincies een relatief laag tarief kent. Hierbij geldt een vrijstelling voor elektrische auto’s en voertuigen die rijden op waterstof.