Op 28 november 2025 bespraken Provinciale Staten in twee themabijeenkomsten een wijziging van de Omgevingsverordening. De bijeenkomsten stonden in het teken van twee wijzigingen die beide cruciaal zijn voor een afname van de stikstofuitstoot, het herstel van onze kwetsbare natuur en het opgang krijgen van onze vergunningverleningen. De wijzigingen gaan over het aanpassen van de emissiereductie-eisen voor stalsystemen en het intrekken van latente ruimte in natuurvergunningen.

We moeten zorgen dat we onze stikstofuitstoot drastisch verminderen, om onze natuur te herstellen en de vergunningverlening weer op gang te krijgen. Den Haag heeft geen haast om te komen met oplossingen, dat is de afgelopen jaren en zeker de afgelopen bestuursperiode wel gebleken. Maar in Brabant moeten we door. Door met het verminderen van de stikstof die neerslaat in onze kwetsbare natuur. En door met het werken aan perspectief. Alle sectoren moeten hier een bijdrage aan leveren. Onze omgevingsverordening en hetgeen hierin beschreven over veehouderij, is hierbij een belangrijk instrument.   

“Wij willen Brabant open met perspectief voor wonen en werken. Dat kan alleen met sterke natuur en klimaatbestendig en robuust water- en bodemsysteem” – Ward Deckers

We zien deze wijziging voor de emissiereductie-eisen aan stalsystemen als een stap naar verdere feitelijke reductie van stikstof. GroenLinks en PvdA kunnen meegaan in de wijziging naar meldplicht in plaats van vergunningsplicht voor de stalaanpassing die nodig zijn om de stikstofuitstoot te kunnen reduceren. Voor uitbreiding van productiecapaciteit blijft een vergunning nodig en dit is heel belangrijk. Want het moet wel aannemelijk zijn dat het een stap is naar minder emissie. En dat is nodig, als we naar forse afname streven. Daarnaast blijven we pleiten dat we juist de biologische en natuurinclusieve bedrijfsvoering en bedrijfsvoering met minder dieren, wat ook een manier is om aan de omgevingsverordening te voldoen, keihard stimuleren als provincie. Deze boeren produceren voedsel in balans met de omgeving, leveren een belangrijke bijdragen aan biodiversiteit en zijn een belangrijke sleutel naar een gezond en toekomstbestendig landelijk gebied. We zijn blij dat dit een manier is om te voldoen aan de eisen in de omgevingsverordening, maar blijven dit college aanmoedigen om juist deze vorm van landbouw een extra impuls te geven.

“Onze stikstofuitstoot moet drastisch naar beneden. Alle sectoren moeten daaraan bijdragen. Forse stikstof reductie vanuit de veehouderij is cruciaal, daarom zijn harde eisen nodig.” – Jade van der Linden

De andere wijziging gaat over het intrekken van ongebruikte stikstofruimte bij veehouderijen. Dit gebeurt als de stikstofruimte drie jaar of langer niet is gebruikt. Voor de zomer is al de aanpak voor de industrie vastgesteld. GroenLinks en PvdA zijn blij met de plannen. Hiermee wordt het aangenomen voorstel van GroenLinks en PvdA uit 2022 uitgevoerd. Brabant is daarmee de eerste provincie die ongebruikte ruimte intrekt. Het intrekken is noodzakelijk om meer stikstofuitstoot tegen te gaan, en daarmee te voorkomen dat de al genomen maatregelen voor stikstofverlaging teniet worden gedaan. 

“Met het intrekken van ongebruikte stikstofruimte zorgen we dat de stikstofuitstoot in de toekomst niet gaat stijgen. Zo beschermen we de Brabantse natuur” – Tom Ludwig

Op 12 december 2025 wordt de wijziging van de omgevingsverordening besluitvormend behandeld in de Provinciale Staten vergadering. Hiermee zet Brabant een volgende stap richting verdere stikstofreductie, het herstel van onze kwetsbare natuur en het opgang krijgen van onze vergunningverlening.