Onze Rekenkamer opereert in het spanningsveld tussen politiek, beleid en wetenschap. Als volksvertegenwoordiging willen we transparant beleid. Maar de uitvoering is natuurlijk weerbarstig. We hebben de Rekenkamer hard nodig en moeten meer doen met de adviezen. Lees hier de inbreng van Hagar Roijackers

Evaluatie Zuidelijke Rekenkamer

De evaluatie van de Zuidelijke Rekenkamer is grondig gedaan. En er vond in september een levendige uitwisseling plaats in de Themavergadering, ook met onderzoeksbureau Berenschot en de Rekenkamer zelf. Duidelijk is dat onze Rekenkamer opereert in het precaire maar zeer interessante spanningsveld tussen politiek, beleid en wetenschap. En dat is precies ook de taak. Als Staten, als volksvertegenwoordiging, willen we transparant en gestructureerd en goed gecontroleerd beleid. Maar de uitvoering is natuurlijk weerbarstig, met soms politiek lastige ontwikkelingen en wendingen en kan GS erbij gebaat zijn (deels ook omwille van een maatschappelijk gewenste uitkomst) om niet ál te veel openheid van zaken te geven. Dit lezen we terug in de evaluatie.

En de politiek, die zégt altijd wel veel controle te willen, maar het is best beschamend om te lezen dat we weinig met de onderzoeken doen.

Wij hechten als GroenLinks zeer aan de aanbevelingen van de ZRK, die vaak bedoeld zijn om onze controlerende rol te versterken. Uit deze evaluatie komen uitstekende aanbevelingen naar voren aan GS, PS, de programmaraad en de Rekenkamer zelf. Het is aan ons allemaal om niet 100% op te gaan in de politiek-bestuurlijke waan van de dag, maar deze aanbevelingen op te volgen.

De monitoring kan en moet alleen nog nog beter. In Noord-Brabant is er geen instrument om de opvolging van de aanbevelingen van de ZRK inzichtelijk te maken. De griffie van Limburg heeft wel een monitoringsysteem. Vraag aan het presidium: zullen we dit in Brabant ook gaan doen? Wellicht na de coronacrisis en extra drukte. Maar alvast inventariserend: wat is ervoor nodig om dit te kunnen realiseren?

De aanbevelingen over nieuwe onderzoeken zijn helder: laten we onze Rekenkamer vooral aan het werk zetten voor beleidsevaluaties: is het Brabantse belastinggeld geld doelmatig besteed, zijn de resultaten gehaald (en waren deze SMART geformuleerd) en zijn de Staten voldoende meegenomen vooraf, en tussentijds bij beleidswijzigingen? Ik vermoed dat onze Statenwerkgroep Sturen en Verantwoorden hier goed bij gaat helpen, want het formuleren en hanteren van heldere indicatoren helpt om beleid transparant en toetsbaar te maken. We kijken daarom uit naar toekomstig beleidsonderzoek door onze Rekenkamer (onderwerpen genoeg: we nomineren alvast de Omgevingsverordening, het Ontwikkelbedrijf en de aankoop CSM-terrein). En beloven vanuit onze fractie om voortaan, zoals we in het verleden ook altijd hebben gedaan, geen rapport onbesproken en ongebruikt te laten.