DEN BOSCH - GroenLinks Brabant pleit voor invoering van een eerstelijnsloket binnen de jeugdzorg. Dat kan door uitbreiding van de bevoegdheden van de bestaande Centra voor Jeugd en Gezin. Daar werken nu al professionals die kunnen indiceren, diagnosticeren en hulp verlenen. De Bureaus Jeugdzorg kunnen dan volgens Evert van Schoonhoven worden opgeheven. "Dus geen extra loket erbij, maar loketten opruimen."
DEN BOSCH - GroenLinks Brabant pleit voor invoering van een eerstelijnsloket binnen de jeugdzorg. Dat kan door uitbreiding van de bevoegdheden van de bestaande Centra voor Jeugd en Gezin. Daar werken nu al professionals die kunnen indiceren, diagnosticeren en hulp verlenen. De Bureaus Jeugdzorg kunnen dan volgens Evert van Schoonhoven worden opgeheven. "Dus geen extra loket erbij, maar loketten opruimen."
"Stel je voor, er is brand. Je belt de meldkamer. Je wordt daar geconfronteerd met een telefonisch keuzemenu of een stuk of acht schakels. Eindelijk kom je met de juiste persoon in aanraking. Deze persoon hoort je bereidwillig aan en wil je, nadat je allerlei personalia zijn gevraagd, wel op de afsprakenlijst zetten."
Deze metafoor haalde Evert van Schoonhoven onlangs aan tijdens het debat in de commissie Zorg, Welzijn en Cultuur bij de behandeling van de Kadernotitie Jeugd. Het hoeft geen betoog, hoeveel schade in dit land zou ontstaan als de brandweer opereerde zoals hierboven geschetst. Nu kunnen alle burgers in dit land zich gelukkig prijzen met een brandweer die na melding altijd uitrukt en eropaf gaat om de brand te blussen. Bij wijze van spreken: liever vele malen tevergeefs, na loos alarm, dan één keer niet.
Veel goed werk
Hoe anders is het in het sociale domein. Ik wil vooraf wel gezegd hebben dat wij ons gelukkig kunnen prijzen met het feit dat het overgrote deel van de kinderen en jongeren in Brabant het goed doet en dat het met de ontwikkeling goed gaat. Bovendien wil ik vooraf gezegd hebben dat er veel en goed werk wordt verzet door de vele zeer betrokken en gemotiveerde beroepskrachten in de jeugdzorg, in al zijn facetten, ondanks alle tegenwerking van de Haagse en andere overheden. Als je de werkers in de jeugdzorg vraagt waar zij het meeste last van hebben en hun vervolgens om advies vraagt over hoe het anders, efficiënter en vooral effectiever kan, krijg je een enorme stortvloed aan input.
Het terugdringen van de wachtlijsten blijft een belangrijk thema. Van de zorgaanbieders mag worden verwacht dat ze efficiënt werken. Daarin zijn de afgelopen jaren gelukkig een aantal belangrijke slagen gemaakt. Van de overheid mag worden verwacht dat er genoeg middelen zijn. De kern van de Wet op de jeugdzorg is het recht op jeugdzorg. Dit recht is voor de cliënt echter een loze letter, zolang dit er niet is of het niet tijdig te verzilveren valt. Nu is er de laatste tijd af en toe, dus incidenteel, wel geld gekomen, maar meer blijft nodig en in ieder geval structureel: er is te weinig crisisopvangcapaciteit.
Stelsel verknipt
Maar de oplossing zit volgens Evert van Schoonhoven niet alleen in meer geld. "Het stelsel is verknipt en verbureaucratiseerd. De regering heeft afgesproken dat zij deze regeerperiode niet aan het stelsel wil tornen. Ik snap de angst voor een stelseldiscussie wel: weer een hoop geklets over systemen en structuren, in plaats van over wat kinderen en ouders nodig hebben, zodat kinderen hun talenten kunnen ontplooien. Maar als we niet aan een stelseldiscussie kunnen beginnen, is het gevolg dat we opgescheept blijven met een stelsel waar eigenlijk niemand in gelooft en dat in hoge mate bijdraagt aan precies de zaken waarop de samenleving de jeugdzorg aanspreekt: bureaucratie, stroperigheid, verkniptheid, risicomijdend gedrag, onheldere verantwoordelijkheden en klantonvriendelijkheid. En kinderen die in de kou staan, evenals ouders."
De rol van het Bureau Jeugdzorg behoort volgens Evert van Schoonhoven tot de kern van de problemen in de jeugdzorg. "Het zijn zwevende indicatieloketten. Los van iedere uitvoeringspraktijk. Het beperking van de instroom werkt ook niet; mocht dat de bedoeling zijn. De instroom is namelijk nog nooit zo hoog geweest sinds de Bureaus Jeugdzorg bestaan. Iedereen wordt eigenlijk een beetje ziek van die Bureaus Jeugdzorg, inclusief de mensen die er werken. Dat is geen bijster gezonde situatie."
Eerstelijn als alternatief
Een alternatief zou kunnen zijn de indicatie volgens het huisartsenmodel: goed opgeleide, eerstelijnsberoepsbeoefenaars. Dat zou kunnen in de Centra voor Jeugd en Gezin, maar ik vermoed dat dit slechts loketten erbij zijn in plaats van de samenballing van de vele loketten die nu naast elkaar werken. Die professionals in huisartsenpraktijken verlenen zelf hulp en weten wanneer zij naar welk specialisme moeten doorsturen.
Dat kan volgens Evert van Schoonhoven redelijk eenvoudig: "De specialisten melden terug naar de huisarts wat er is gebeurd, zodat er een klantvolgsysteem ontstaat. Dat scheelt bakken met frustratie en bureaucratie en heel veel tijd en geld. Die tijd en dat geld zouden ten goede kunnen komen aan de uitvoeringspraktijk. De positie van de uitvoerende professionals wordt daarmee sterker."
GroenLinks pleit daarom voor het invoeren van een eerstelijnsloket. "Voor mijn part binnen de Centra voor Jeugd en Gezin, waar de beste professionals zitten die indiceren, diagnosticeren en hulp verlenen. Als zij dat zelf niet kunnen, verwijzen zij door naar specialistische hulp en krijgen zij daarna weer teruggemeld wat er is gebeurd. De Bureaus Jeugdzorg gaan op in de Centra voor Jeugd en Gezin. Geen loket erbij maar loketten opruimen", aldus Evert van Schoonhoven.
Overdosis en logica
De overdosis aan financiële stromen met elk hun eigen logica vormen volgens GroenLinks ook een knelpunt. Op het punt van toelatings- en verantwoordingseisen zijn gemeenten en provincies verantwoordelijk en is de AWBZ, de Zorgverzekeringswet en de WMO van toepassing. Men kan wel verzinnen hoe ieder zijn eigen domein heeft en hoe dat allemaal moet samenhangen, maar in de praktijk is het een overgestuurd en versplinterd systeem. Van dat systeem gaat geen enkele bereidheid uit voor samenwerking en integratie. Met de versplintering in de aansturing gaat ook versplintering in de uitvoering gepaard.
Evert van Schoonhoven: "Er moet één aanpak komen, één definitie van de positie, zoals bij de brandweer. Een sterk verankerde gezagvolle rol in de preventie, het toezicht daarop, directe uitruk en nazorg. Eén opdrachtgevende overheid, met een heldere gezagstructuur en een heldere verantwoordingsplicht. En één financieringssysteem, en niet weer een loket erbij."
Fundamentele wijziging
"Ik besef terdege dat ik met mijn vraag om een fundamentele stelselwijziging hier in de provinciale commissie niet op het goede adres ben en besef me daarmee dan ook terdege dat we hier als provinciale bestuurders onze kaders proberen te stellen binnen de landelijke dwangbuis van de Wet op de Jeugdzorg. Maar het gaat wel om de toekomst van de bevolking van onze provincie, van ons land. Daarom is ons inziens een stevig provinciaal signaal noodzakelijk in de richting van de minister cq. van dit kabinet."