Een innovatieve en duurzame economie begint bij ondernemerschap en kennis-ontwikkeling. Hoe kan dat in Brabant verder worden ontwikkeld? Dat was de centrale vraag tijdens een debat van de Brabants Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW) en ZLTO, op donderdag 26 februari in Eersel.
De teneur van het gesprek tussen statenleden en vertegenwoordigers uit het Brabantse bedrijfsleven en de land- en tuinbouwsector was helder: we moeten als bestuur, politiek en bedrijfsleven vooral de handen ineenslaan. Zo moet er snel na de verkiezingen een 'doe-agenda' komen. Mooie actiegerichtheid, maar waar zijn de burgers in dit verhaal? Zij wantrouwen bedrijven, boeren en overheden in toenemende mate en gaan zélf aan de slag met biologische landbouw en energiecoöperaties.
Arno Uijlenhoet (onze kandidaat op nummer 3) pleitte daarom voor regionale transitieplatforms waarin overheid, kennis-instellingen, bedrijfsleven en burgerinitiatieven vertegenwoordigd zijn. Alleen door als netwerk te opereren kan wantrouwen worden weggenomen en kunnen oplossingen worden gevonden voor lokale en regionale problemen en uitdagingen. Dat kan gaan om logistieke uitdagingen, zoals rondom Eindhoven (De Ruit), om investeringen in lokale duurzame energie (zoals windparken), of om vernieuwing van de landbouw. Daarbij is meer van hetzelfde niet genoeg, maar moet het gaan om echte vernieuwing en verbetering. Voor GroenLinks betekent dat investeren in slimme OV- en fietsinfrastructuur in plaats van in De Ruit, en in biologische landbouw met een kleinere veestapel.