Op 26 oktober publiceerde Greenpeace het rapport ‘Het appelgif valt niet ver van de boom’, over bestrijdingsmiddelen vanuit Nederlandse appel- en perenboomgaarden. De resultaten stemmen niet positief over de effecten op natuur en volksgezondheid.

Hoe staat Brabant er eigenlijk voor? Zijn de bewoners en natuur wel voldoende beschermd tegen het overvloedige landbouwgif in onze provincie? GroenLinks Brabant en GroenLinks Zeeland stelde vragen aan Gedeputeerde Staten.

GroenLinks Brabant bestudeerde het Greenpeace-rapport en relateerde dit aan eerdere rapporten over emissies en aan de adviezen van de nationale Gezondheidsraad over gewasbescherming en omwonenden. Statenlid Hagar Roijackers: “Het beeld is voor ons herkenbaar. De lokale normen voor landbouwgif worden stelselmatig overschreden en eigenlijk treedt de overheid daar al jaren niet tegenop. Terwijl we niet weten wat de precieze effecten zijn van dat grootschalige gebruik van middelen en die opeenstapeling van stoffen in onze lucht, water en bodem. Voor uitkomsten van Nederlands onderzoek moeten we wachten tot 2021! De gezondheid van mensen die wonen, werken en recreëren rond landbouwpercelen is onvoldoende beschermd.”

We stelden uitgebreide vragen aan het College van Gedeputeerde Staten. Roijackers: “Wat ons betreft stimuleren we de Brabantse landbouw om zo snel mogelijk om te schakelen naar gezonde landbouw, die kiest voor natuurlijke gewasbescherming. Gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen moet alleen als uiterste redmiddel worden ingezet en zeker niet op deze grootschalige, en mogelijk gevaarlijke, schaal!”