De Provincie Brabant heeft afgelopen vrijdag besloten tot de verkoop van Attero (het vroegere Essent Milieu) aan Waterland. GS hoopte dat de Staten geen bedenkingen zouden uiten over deze verkoop. Toch kwamen die er. Immers veel gemeenten en regio’s in Brabant hebben moeite met de mogelijke naheffing van Waterland (boetebeding) als zij te weinig afval aanleveren. Dat druist ook bij burgers in tegen het gevoel van redelijkheid, immers we scheiden steeds meer afval. Dus minder toelevering.

Al in 2009 is bij de verkoop van Essent besloten dat te zijner tijd ook Essent Milieu door de Provincie verkocht zou worden. Zij bleef tot de definitieve verkoop aandeelhouder van het omgedoopte Attero, voor meer dan 30%. Ook andere provincies en 116 gemeenten zijn nog aandeelhouder. De tijd leek nu rijp voor verkoop aan Waterland voor in totaal 170 miljoen Euro. In de verkoopovereenkomst staat dat de leveranciers van afval aan de Afvalverbrandingsinstallatie Moerdijk verplicht zijn om jaarlijks 510 Kton afval te leveren. Zo niet, dan volgt een boete. Daar zijn de gemeenten bevreesd voor en hebben aan de bel getrokken.

Zij stellen dat het aan de burger niet uit te leggen valt dat, bij vermindering van de hoeveelheid afval (door afvalscheiding, hergebruik, recycling, etc.), gemeenten en dus burgers alsnog een rekening kunnen krijgen. Attero heeft in de afgelopen jaren geen boetebeding toegepast, maar men verwacht dat onder de hoede van Waterland wel. Die gaat immers vooral voor de centen, denkt men.

Sinds de jaren ’80 geldt in Nederland de Ladder van Lansink in het afvalbeleid: preventie – hergebruik – verbranden – storten. In 1996 besloot Essent om op de Moerdijk een Afvalverbrandingsinstallatie te bouwen. Met een leveringsverplichting voor 20 jaar van die 510 Kton afval. Die loopt dus over twee jaar af. Vandaar dat GroenLinks opperde om de verkoop nog twee jaar op te schorten zodat gemeenten dan geen verplichte winkelnering meer hebben en de afvalmarkt op kunnen. Ook de PvdA en de SP waren in eerste instantie kritisch over de verkoop en wensten geen boetebeding.

Ondertussen is de afvalmarkt internationaal gezien stevig veranderd. In Nederland is overcapaciteit, afval wordt in het buitenland gehaald (Ierland, Engeland, Napels!). Attero is minder waard geworden en GS, met vooral steun van VVD en CDA, wil de kans op verkoop voor 170 miljoen Euro niet verloren laten gaan. Daarnaast meent ze de gemeenten een reëel bod voor inbesteding te hebben gedaan d.w.z. dat gemeenten de volledige eigenaar konden worden van Attero. Maar daar zijn ze om strategische redenen niet op ingegaan, vooral omdat men het niet als een kernactiviteit ziet. Ook zijn er al gemeenten die al met een andere afvalverwerker in zee zijn gegaan.

Helaas hebben de Staten in deze kwestie geen bevoegdheid meer om de verkoop tegen te houden, dus bleef het bij het uiten van wensen en bedenkingen. Een meerderheid was daar echter niet voor te porren.