Dag Rik,

 

Altijd goed om het er nog even bij te zoeken: waarom wilden we je ook alweer als onze Gedeputeerde?

Ik heb even opgezocht met welke woorden we je presenteerden:

“Rik heeft de Gedeputeerdeselectiecommissie van GroenLinks Brabant overtuigd van zijn ruime bestuurlijke en strategische kwaliteiten als wethouder, als partijvoorzitter en als Kamerlid. Rik is een intelligent en zeer ervaren politicus en bestuurder, met goed zicht op de (on)mogelijkheden om als provincie mede vorm te geven aan de transities waar onze samenleving voor staat. Zwaarwegend is zijn ruime bestuurlijke ervaring, zijn strategische kracht en zijn vermogen om rust te bewaren in politiek en bestuurlijk spannende situaties. Die eigenschappen zijn de komende jaren vermoedelijk van groot belang voor Brabant.”

Goh, wat waren die woorden profetisch...

Zoals je bij installatie zei: “Ik heb heel veel zin om voor Brabant aan de slag te gaan. Voor natuur, biodiversiteit en het landschap. Voor droge, maar niet té droge voeten: klimaatadaptatie is een enorme opgave, maar ook een grote kans voor Brabant.”

En die kans heb je gegrepen. Wat mag je trots zijn op wat je in deze moeilijke omstandigheden en in deze korte tijd hebt bereikt. Ik kan de keren niet meer op twee handen tellen dat ons is verteld dat GroenLinks met jou een topbestuurder naar binnen heeft gehaald. Want werkelijk iedereen, zelfs de personen die nu verantwoordelijk zijn voor je vertrek, spreken vol lof over je. Je politieke behendigheid en kennis, je ‘leepheid’ gecombineerd met zowel charme als realisme. Binnen enkele maanden na je aantreden werd je al genomineerd als beste lokale politicus. Niet voor niets.

We vroegen ons als fractie dan weleens af: hoe moet het voor jou hebben gevoeld? In deze provincie te komen, waar je naam meteen al in de krant werd aangekondigd met smeuïge bewoordingen. In de Staten met een, nou ja, “uniek” debat over je woonplaats.

Maar je klopt steeds snel het stof af, want er moet gewerkt worden. En hoe. Met ongekende snelheid, in verdraaid ingewikkelde dossiers.

Je hebt prachtige plannen ontworpen hier. Niet alles heb je mogen realiseren. Maar een aantal belangrijke en markante zaken wel. Ver na jouw vertrek zal Brabant kunnen ademen door en genieten van de uitwerking van jouw Bosnota en jouw nota Klimaatadaptatie.

Wat was het een ‘ride’ sinds jouw aantreden hier. Als chef stikstof stond je vol in de wind tijdens debatten die zich ver, heel ver uitstrekten. Het beheerste het landelijke nieuws in oktober vorig jaar met die vele duizenden boze boeren en een colonne ME-agenten in het provinciehuis. De woede van het besluit van de Raad van State richtte zich op jou, op Grashoff van GroenLinks. Alsof je hen persoonlijk een loer aan het draaien was. Iets wat ons wel vaker overkomt: verantwoordelijk gehouden worden voor de situaties waarin we nu eenmaal zitten maar wij als GroenLinks al jaren en jaren tevergeefs voor waarschuwden - onder meer door het stemmen tegen de vermaledijde PAS.

Maar de slachtofferrol staat jou niet. Dus ik ga hier ook niet bitter zijn. Bovendien doet dat jouw voorbeeld geen recht. Jij liet je niet, nooit, uit het veld slaan. Je bood altijd ruimte voor voor- en tegenstanders. Je probeerde er met iedereen elegant uit te komen. Daarmee ging je ver, heel ver. Zelfs voor ons als fractie. Het werd alleen niet altijd zo gezien van buitenaf...

Ik kan nog heel wat persoonlijks tegen je zeggen, over de fijne samenwerking met onze fractie, het plezier van samen plannen smeden en oplossingen verzinnen, de vele absurde situaties waarin je belandt in zo’n jaar en wat je samen doormaakt. Maar dat doe ik niet hier, niet nu. Daar pakken we een moment voor met spijs en drank en veel Brabantse GroenLinksers. Daar bewaren we ook de grapjes, de anekdotes en de bloopers. Het overnemen door jou van het Brabants (“een bietje geduld”), het keihard carnavallen in Cuuk, het twinkelen van de ogen als je weer een plannetje bedacht boven een goed glas wijn. Maar daar is het vandaag de dag niet voor, het publiek niet voor en de setting niet voor. Dat gaan we later doen. En daar verheug ik me ontzettend op. Net als op je volgende plannen waarin je de wereld op een andere plek ongetwijfeld weer - met kleine stapjes en grote stuurmanskracht - een beetje groener, beter en mooier gaat maken.