Waterschappen gaan over zaken die zo belangrijk zijn voor Brabant: schoon, veilig, voldoende, gezond en mooi water. Doen ze dat naar behoren? We kunnen het maar beperkt bepalen en controleren, omdat de waterschappen maar ten dele democratisch te noemen zijn.  Daarom zijn we blij met het initiatief van de PvdA om het aantal geborgde zetels te verminderen in de Brabantse waterschappen. Minder geborgd = meer burgers en buitenlui in de waterschappen. De relatie tussen betaling en zeggenschap – veel genoemd om de huidige ‘functionele democratie’ te handhaven - klopt al lang niet meer.

 

Grootste rechtstreeks democratisch gekozen partij in de waterschappen is momenteel Water Natuurlijk, met bijna 100 zetels van de bijna 500 in totaal. Maar ondanks dat ze groot zijn en zoveel kiezers hebben, krijgen ze nauwelijks voet aan de grond als het gaat om het veranderen van bestaand beleid of het initiëren van nieuw beleid. De gevestigde belangen van de – hier in Brabant voornamelijk – agrarische industrie maken de dienst uit. GroenLinks beschouwt dat als een affront naar de kiezer.

Met minder dan 1/3 van de Algemeen Bestuurszetels weten de geborgden de helft van de Dagelijks Bestuurszetels in Brabant te bezetten en met het CDA samen vormen ze een ferme meerderheid. De ‘geborgde’ blokken bedrijfsgebouwd en ongebouwd vormen een gezamenlijk blok tegenover de democratisch verkozen (en dus wat meer versnipperde) zetels. Gebouwd en Ongebouwd vinden elkaar altijd als het gaat om lastenvermindering. Dat gaat vanaf 2015 mogelijk veranderen en daarom begrijpen wij de weerstand heel goed.

Maar historisch gezien is die ´eenvoudige meerderheid’ nooit de bedoeling geweest. Ik neem u mee naar de Memorie van Toelichting bij de Wet Modernisering Waterschapsbestel in 2005. Daar lezen we het volgende over het fenomeen geborgde zetels: "Zonder direct een één op één relatie met de financiering te leggen, is het kabinet van oordeel dat een bandbreedte voor het percentage gekozen moet worden, die het belang van de specifieke categorieën weergeeft. De voorgestelde specifieke categorieën nemen ca. 30% van de waterschapslasten voor hun rekening. Op grond van deze overwegingen is in dit wetsvoorstel bepaald dat de geborgde zetels, afhankelijk van de keuze van de provincie, minimaal 23% (te weten 7 op 30) en maximaal 47% (te weten 9 op 19) van het bestuur kunnen vormen."

Als we nu kijken naar de waterschapsbegrotingen en de jaarrekeningen, dan stellen we vast dat landbouw momenteel slechts 12% van de lasten draagt van watersysteembeheer. Dit watersysteembeheer maakt ongeveer de helft van de totale kosten van het waterschap uit. Als je dit consequent doorrekent, dan zou het aandeel geborgden voor landbouw (ongebouwd) niet meer dan 1/2 x 12% van de zetels mogen omvatten. Dan komen we dus uit op 1,8 zetel, afgerond 2 zetels. En niet 3, zoals nu in het voorstel van het College van GS.

Maar goed, wij als GroenLinks zien ook wel dat het beter is om veranderingen geleidelijk te laten gaan. Daarom stemmen we in met het Collegevoorstel voor een verdeling van geborgde zetels van 3-3-1 bij de waterschappen Brabantse Delta en Aa en Maas en zitten wij – het zal u niet verbazen – zeer op de lijn van het College waar het de extra geborgde zetel voor natuur betreft voor het prachtige en kwetsbare Dommelgebied dat aan de handen van waterschap De Dommel is toevertrouwd.

Nog even over betaling en zeggenschap. In het kostendragersaandeel van 12% voor ongebouwd moeten ook de overheden als eigenaren van wegen, viaducten, parken en sportvelden een steeds groter aandeel bijdragen. Bij handhaving van het systeem van geborgden zou het logischer zijn dat de overheden ook een geborgde zetel zouden hebben binnen de categorie ongebouwd. Maakt dat uit? Ja, dat maakt uit voor de gemeentebelasting- betalende Brabanders.  Voor wegen wordt bijvoorbeeld een gedifferentieerd tarief toegepast dat bij Aa en Maas en de Dommel sinds vorig jaar 100% hoger is dan het tarief voor de landbouwgronden en bij Brabantse Delta zelfs sinds vorig jaar 200% hoger. Alleen al daarom is het oneigenlijk dat de vertegenwoordigers van Ongebouwd, die mede het belang van de lokale overheden moeten vertegenwoordigen, door de ZLTO worden voorgedragen.

We kunnen het naast financieel ook groen invliegen. Gemeenten die nu ondervertegenwoordigd zijn in het geborgde deel van de waterschappen, maken ook met al hun bossen en groenvoorzieningen, verbindingszones en bergingsvijvers maken een belangrijk onderdeel uit van het watersysteem.

Laten we deze gelegenheid te baat nemen om – tenminste voor een deel - een einde te maken aan een ondoorzichtige en ondemocratische situatie binnen de Brabantse waterschapsbestuurders. Laten we voor een deel van de zetels de deur openzetten naar een meer democratische, transparante en evenwichtige vertegenwoordiging binnen die belangrijke waterschapsbesturen.